donderdag 1 februari 2018

Geschiedenis Heurnerbosch - Welskerbos

Omdat ik in 1943 geboren ben in de huidige Welskerbos, in die tijd werd het = In de Bos = genoemd heb ik getracht de  geschiedenis in kaart te brengen.

De kadastrale Atlas van Dinxperlo is van 1832, echter de geschiedenis is veel ouder, gelet op de geschiedenis van "De Welsker" zoals te zien op onderstaande foto. 

De Hof te Welschelo, wordt al in 1370 genoemd en is dan eigendom van de Heer van Anholt.




             Bron ADW 1979 R. Wartena



Hierboven zie je in de kad. atlas dat gesproken wordt over "De Welsker" dat hele deel was toen  een bos.

                                                                     


Zoals uit het bovenstaande blijkt dat een 3 tal branden, waaronder die ( afbranden)  van de Welskerbos, in 1911 de aanleiding om een Brandweer in Suderwick op te richten.

Inderdaad was wereldwijd het een heel droog jaar, ook in Amerika/Canada. Dit laatste heb gelezen in boek  "Naar Amerika" door E.J.G. Bloemendaal. Uitgegeven in 1911.

Hij beschrijft in zijn boek een periode van ca. 40 jaar, dat hele boek heb ik gekopieerd, en zal nu het laatste hoofdstuk hier opnemen.









Een aardig verhaal is ook nog, dat J.D. Beernink (Oom Bruur), Dr. I.  de Keijzer en J Keuper in 1911 geboren zijn, wanneer ze weer eens bij elkaar waren dan zeiden altijd:

                                          "Wi 'j bunt van dat dreuge Jaor 1911"


Nu  gaan we verder met de verkoopadvertenties van het "Heurnerbosch-Welscherbosch" zoals het omschreven wordt in de  eerste verkoopadvertentie.


              Enkele leuke wetenswaardigheden dankzij J.W. Westendorp  (achterneef)

                                                                  9 oktober 1909


                                             


 In deze verkoopadvertentie van 28 maart 1913, wordt vermeld:

Heurnerbosch groot 36,2 ha - Welscherbos groot 17,37 ha en 3 hofsteden, een prijs opgaaf moest voor 8 april binnen zijn.



   Waarschijnlijk was op 8 april 1913 het "Welscherbosch" groot 17.37 ha, al in zijn geheel verkocht.

Mede omdat tijdens een verkoopadvertentie van 9 april 1913 door de - Rentei van Salm zu Salm - alleen nog werd gesproken over het "Heurnerbosch", groot ca. 36,2 ha. en nu werden ook weer de  Hofsteden genoemd.

Onderstaande advertentie stond in de Dinxperlosche Courant op woensdag 16 april 1913 


Hier onder komt nog een 3e advertentie van 8 mei 1913 waarin alleen de 3 hofsteden,te weten:



Blijkbaar waren de hofsteden moeilijk te verkopen, mede omdat ze al verpacht waren?

Bij de 1ste verkoopadvertentie hebben diverse personen,  o.a. Herman Rensink -  Hendrik Jan Beernink - zijn broer Derk Beernink - Meester Koerselman - A.J. Krajenbrink ( ofwel Aornt Jan ) Fam. Veerbeek-Lammers diverse percelen gekocht en misschien nog wel meerdere personen uit De De Heurne.
Uit mijn jeugdtijd kan ik me herinneren dat D. Nijeber - G Kolenbrander (Tibbe) - R D H Ruesink ( Bakhuus) - A.J.D. Beijer er ook ook gronden hadden.

Waarschijnlijk is dit gebeurd in één koop, een koopakte is mij niet bekend.  Na het overlijden van mijn Grootvader H.J. Beernink op 15 december 1916, heeft i.v.m. boedelscheiding notaris Gordon een afschrift van de koopakte opgevraagd bij het kadaster in Zutphen, gedateerd 27 januari 1917.



                                                                       18 juni 1913

Een bericht in de krant dat er in 1913 al natuurliefhebbers waren die jammer vonden dat er bestaande bossen zoals het Heurner- en Welskerbos al verdwenen


Foto van het erfprinselijk paar in de tijd van bijgaande nieuwsberichten, de zoon en schoondochter van Fürst Alfred Ferdinand Stephan Maria Prinz zu Salm-Salm. Prinz Emanuel zou in 1916 sneuvelen in WOI. Van vader Franz vond ik geen portret.


Boeren die zich maar weer moesten zien te redden met veranderde regels en milieuaktivisten die weer eens een stuk natuur zagen verdwijnen. Geschiedenis die zich ook nu herhaalt, gezien aan de hand van krantenberichten uit respectievelijk 1909 en 1913. En in deze tijd was der Fürst zu Salm-Salm het te pareren gezag in Dinxperloo e.o.   

Mijn dank aan J.W. Westendorp-Arnhem, geplaatst in Dinxpedia.


Nadat in 't voorjaar van 1913 het "Heurnerbosch en Welscherbosch" door de Fürst von Salm - Salm is verkocht, is het door de Heidemaatschappij 't bos gerooid en omgeploegd/omgezet t.b.v. Landbouw en veeteelt.

Alleen 't perceel, gekocht door mijn grootvader H.J. Beernink - directeur v.d. Zuivelfabriek - is in zijn opdracht ontgonnen door Willem Bussink, hij was de grootvader van Bertie Bussink, Bertie's vader was Johan Bussink,  dus broers, woonachtig aan de Marmelhorstweg in Breedenbroek.

Deze Willem Bussink deed met meerdere personen wel vaker grondstukken ontginnen i.o.v.
nu H.J. Beernink, grond ontginnen of omzetten, bomen kappen, de stronken er uit halen, zijn zoon  Willem, was toen 22 jaar en heeft hem daarbij wel eens geholpen. Hij vertelde aan mijn Oom Johan (Bruur) Beernink

Hij heeft de betrokkenen opgedragen om het perceel 2 spit diep om te zetten, dat betekent eigenlijk ongeveer 50/60 cm diep omzetten ofwel naar boven halen, zodat de slechte bovenlaag er diep onderin komt.

Een bijzondere wetenswaardig is het volgende:

Mijn grootvader heeft nadat het ontgonnen was in de herfst van 1913 het perceel ingezaaid met roggezaad, in het jaar daarop was bij het oogsten de kwaliteit van graan van zeer goede kwaliteit dat het weer gebruikt is als zaai rogge voor het oogstjaar 1915.

bronnen: H. Westendorp, die dit verteld heeft aan J.D. Beernink ( Oom Bruur ),
opgeschreven door mij in plakboek van mijn ouders in januari 1991.

Helaas is mijn groot op 15 december 1916 overleden, eigenlijk veel te jong, hier onder een memoriam.

                         H.J. Beernink 2.11.1873 / 15.12.1916

     Er ging ontroering door onze Gemeente, toen Vrijdagmorgen
de mare van zijn dood zich verspreidde. Zijn tallooze vrienden
hadden gehoopt en gevreesd, vele dagen lang. Totdat, onverwacht
nog’ de verbijsterende tijding kwam: Beernink is overleden.
   Het was eerst, alsof we nauwelijks konden geloven: hem te moeten
missen, die ons onmisbaar scheen. Maar Gods gedachten zijn niet
onze gedachten. En nu is hij niet meer. Maar wat hij geweest is
voor onze gemeente, zal nimmer vergeten worden.
  Beernink was een man met zeldzame gaven van hoofd en hart.
zonder zich ooit op de voorgrond te stellen, was hij steeds de ziel
van alles, waarvoor hij zich gaf. Zonder ooit zich zelf te zoeken,
stond hij gereed iedereen met raad en daad bij te staan, en
weinigen zullen er zijn in onze gemeente, die hiervan niet bij
ervaring kunnen getuigen.
  Wat hij is geweest voor Boterfabriek, Handelsvereeniging en
Geldersch-Overijsselsche, is moeilijk te schatten. Als raadslid
Heeft hij steeds eerlijk en ernstig en met kennis van zaken,
als weinigen, de belangen der gemeente behartigd. En wat hij
geweest is in meer beperkten kring, op allerlei terrein van
van Christelijken arbeid, dat weten slechts zij, die het voorrecht
gehad hebben, meet intiem met hem te mogen omgaan. Dien
arbeid had de liefde van zijn hart. Want Beernink was voor alles
Christen, in woord en daad, eenvoudig en beslist, een man van
Beginsel, en daarvan getuigend, waar het noodig was. Onze
Zendingsfeesten waren zijn werk. Kiesvereeniging, Werklieden-
vereeniging, “Ons Huis” vonden in hem den hechtsten steun,
van velerlei andere werkzaamheden was hij steeds de stille kracht.
  En nu is hij heengegaan. “Gods wil geschiede!” zoo sprak hij op
Zijn ziekbed. En zijn wil is geschied. En daarom zwijgen wij en
Aanbidden Gods weg. Maar met een traan in het oog en met
rouw in het hart. Want het gemis blijft, en zijn verlies is
onherstelbaar, Voor zijn gezin allereerst, maar ook voor zijn
vrienden, voor velerlei arbeid, voor de heele Gemeente.
  Maar zijn taak was volbracht. En al is zijn dag kort geweest, hij
heeft gedaan het volle werk van een langen dag en meer dan dat.
  Zijn plaats is ledig. Maar in de harten van allen, wien hij een
Trouwe, onvergetelijke vriend was, zal hij zijn plaats behouden,
en steeds zullen wij ons met groote dankbaarheid herinneren,
wat God ons in Beernink eenmaal gegeven heeft.


Bovenstaand memoriam heeft gestaan in een Regionaal dag-
blad, De Graafschapbode? na zijn overlijden op 15 december
1916, een kopie is in mijn bezit.

Mijn grootmoeder B.W. Beernink-Westendorp heeft het in gebruik gehad tot begin 1933, denk dat ze tot die ook een boerderij er deed naast de winkel en het  pension. Er moest brood op de plank komen een pensioen of aow was er toen nog niet.

Oom  Bruur ( Johna ) heeft  vaak genoeg verteld dat ze 's morgens voor kerktijd de koeien moesten in "de Bos"voordat ze naar de kerk in het Dorp gingen. Wel weer lopend door de Bos en Kerkpad.

                                                                        1933

Mijn vader B.M. Beernink, de 2e zoon van mijn grootmoeder B.W. Beernink-Westendorp heeft het grondstuk overgekocht op  8 mei 1933, volgens onderstaande akte.


                                           Hij heeft 1000 gulden meteen aan betaald en de rest voldaan op: 4 augustus 1941.




Op dit perceel heeft hij een boerderij-woning laten bouwen, door aannemers uit De Heurne


                            Hier onder de Gemeentelijke bouw vergunning.



Hier onder een foto van het huis dat mijn ouders hebben laten bouwen.


                                                                       1970

De totale bouwsom van het huis met boerderij gedeelte was ca 3.000,- gulden. En de regenput kostte 85 gulden. was extra werk.
                                  
Natuurlijk hoorde bij een meiboom een gedicht van de buren, hieronder zie je het meiboom gedicht, waarschijnlijk gemaakt door D.H. Keuper.


Wat een geheisa en geschoor
In dat olde  Oelengoor!
Woar de kikvörschte en pädden
Vrogger op een riethalm redden.
Woar et wild den jager fopten,
In de zompen zich verstopten.
Woar de oelenschreeuw bi’j nacht
Völle angst hef an e’jacht.
Woar uut ’t olde Welskerbosch
Drinken kwam de das en vos.
Woar al ’t olde is verdwenen
Kwammen auto’s vol met steenen.
En zoals dan rechtevoorts
’t Bosch vergeet, as had et koorts.
Wat ons al zoo vaak verrasten
’t Was, of ’t uutde grond kwam basten.
Joa, now is ’t um et gemak
Op een hoar noa onder dak.
En now mot noa olden plicht
Ook een meiboom worden opericht.
Doarbi’j komt dan onze wenschen
Veur ’t verloofde jong paar menschen,
Dat et huus hopt te betrekken
En wi’j wilt er niet met gekken.
De Keerl mot moar niet meerder etten
Da’w straks de dörpels uut mot zetten
De Vrouw mot ’t lengen moar staken
Of mo’w de zolder hooger maken?
Och, misschien hebt de slechte tieden
Ook hier nog eure goeie zieden.
Wi’j wenscht eur wieter in et huus
Moar volle zegen, weinig kruus.
Den Vader, den hier is weg’enommen
En hier de ongrond hef ontgonnen
Herdenke wi’j ok nog met eene
Den helpt ow hier nog op de beene.
Ook allen, die ow ’t noaste stoan
Wi’j wünscht eur, dat ’t hier good mag goan.
Doar is owleu alles an gelêgen
Wi’j wünscht doarum Gods besten zegen!

Hier onder nog een foto van mijn ouderlijk huis in de 70 er jaren.



                                          De geschiedenis van onze Uil



Deze naam werd voor het eerste genoemd in het meiboom gedicht en inderdaad zaten er toen wij ( Anneke en ik ) regelmatig kleine kerk uiltjes. Het is me slechts één gelukt om deze op de foto te krijgen, was bij toeval op een koude winterdag. heb er verschillende kunnen maken doch onderstaande is de mooiste ooit.




                               
                                       
                                           Melding ondertrouw 4-08-1933  Bron F. ter H.



Mijn ouders zijn op 17 augustus 1933 in het huwelijk getreden en hun bruiloft was over 2 dagen verdeeld.







Een gedicht voorgedragen tijden het Huwelijk van B.M. Beernink en C.B. ter Horst
Op 17 augustus 1933 door de jonge Naobers


Now is dan oe jongelêven,  
Bruud en Brugem, an et end.                                                                                        
Wat ow huwelijk ow zal brenge
Is ons, menschen, niet bekend;
Daorum wûnsche wi’j
Dat ow God zien zêgen gef;
Eenheid, veurspoed en gezondheid,
Dat weinig tegenspoed ow tref?
Een lange vrouw, un leere in huus.                                
Mèk  ok zien kapotte sökke
En in de bokse un ni‘j kruus.
En as hie wat völle môt bukken.
Heb toch spiet met zien postuur.
Mandsluu good ter hande goane,
Och, dat wint ’t toch op den duur.
Brugem, i ‘j môt ow bedenken
De vrouw die is et zwakke geslacht
Kiek niet enkel noa de lengte.
Dach i’j, dat ’t um daor in zat?
Nem et wark eur uut de hande.
Woar’j helpen könt, pak an.
Hang niet op un stoel te lungelen.
As zi’j nog niet rösten kan.
Maak veural ôk saam geen ruzie!
Licht slao’j dan un boel kapot!
Zorg dat wi’j nooit, as jonge naobers,                                                            
Tusschen beide kommen mot!

Wij nemen aan dat ook hier Jan Willem uut Goor ( D.H. keuper) ook de hand in heeft gehad.





Over dit krantenbericht heb ik navraag gedaan bij de oudste bewoner in de Bos, G.J. Rensink en hij had nooit iets over gehoord van zijn ouders en zelf kon hij het niet herinneren.

Hier komt een aardig lied dat ik vond tussen alle paperassen die mijn  moeder altijd bewaard heeft.

Het is een vers gezongen tijdens het |Huwelijk van B. te Beest en J. Keuper 2e helft 30 er jaren, wanneer? dat was heb ik niet kunnen vinden. In het vers wordt genoemd dat ze achter het "OldeWelscherbosch" op 't Vorster woonden.



           
De Welskerbos was tot 1976 een echte zandweg, en  is toen verhard i.v.m. de ruilverkaveling die omstreeks die tijd zijn begonnen. helaas zijn er van de zandweg weinig foto's gemaakt. Onderstaande is van midden 60 er jaren.


Op deze foto zie een indruk dat het een zandweg was, waarvan de bovenlaag zwarte grond was en dus bij regenachtig weer zeer modderig, in de winterdag was het vaak buikschuiven om er door te komen.



Mijn vader heeft bijna 50 jaar gewerkt op de Zuivelfabriek in Dinxperlo, echter met een onderbreking van 10 jaar bij de Aaltense zuivelfabriek, 1945 - 1955. Hieronder een foto van de vooroorlogse fabriek in de 30 er jaren?

                                                         de 6e persoon van links is mijn vader

Daarnaast heeft had hij als hobby een 3 tal koeien, in mijn jeugdtijd waren er ook nog varkens en een 100 tal kippen, doch dat was in de 60 er al mee gestopt.



Bovenstaande is van begin 70 er jaren, richting D.A. Berendsen







De rechtse foto is ook van begin 70 er jaren, toen waren er nog 2 koeien in de weide.





 Zog het het huis er uit, voor de verbouwing, wanneer je richting Rensink keek

In 1973 heb ik het huis van mijn ouders ouders overgenomen en is in twee woon gedeelten gesplitst. Onderstaand zie je het na de verbouwing.


                           Hier hebben wij tot eind 2012 met veel plezier gewoond.







Zij aanzicht  na de verbouwing i.d. richting
v.d. "Hietpas"


voorjaar 1974
                                                                                    de voorkant met zicht op Berendsen

Ik ben geboren en getogen in dit huis en heb er bijna 70 jaar gewoond en het grondstuk waar het opgebouwd door mijn vader, heeft mijn grootvader H.J. Beernink in 1913 gekocht tijdens de verkoop van het toenmalige Welscherbosch. Ofwel het is bijna 100 jaar in bezit geweest van een Beernink.

Mijn ouders hebben hier gewoond tot begin januari 1983, toen zijn ze naar een verzorgingstehuis gegaan in Doetinchem.

Nu zomaar enkele wetenswaardigheden door de jaren heen.




                                                          De Winter van 1978 - 1979

                  De ruilverkaveling is achter de rug en de eikenbomen zijn geplant


                                    De Welskerbos, winter januari 1985

 De eikenbomen zijn allemaal al weer wat groter geworden, vanaf Jansen richting de Keizerweg zijn Lindebomen geplant.Wanneer ze goed in bloei staan voer voor bijenhoning.







Nu zien we de korte van heftige wervelwind? in de nacht van 20 op 21 september 1987 om 's nachts half 3, iedereen die dit leest zal zich afvragen hoe weet je het tijdstip zo uit je hoofd, wat er net even uit geweest. Toen ik een geweldig gesuis hoorde, deed alsof een geweldige mensenmassa voorbij stoof in amper 2/3 minuten?. Zo iets vergeet je nooit.


 
                                                       2
               1



                                                                           3


                                           "de Bos"

Zo zag het eruit op die zondagmorgen na de storm, aan het spieker hingen enkele pannen scheef en verder was daar geen schade aan.


Onderstaand een overzicht vanuit de lucht over de "Welskerbos" midden 90 er jaren.



                                                        

Het "Oelengoor" 2004


Hieronder  herfstkleuren in de "Welskerbos"in november 2009




Zomer 2010

Aan het wordt de "Welskerbos"nog een voor een klein stukje "karrespoor" van vroeger, ofwel over het "Loblik" zoals wij dat wel noemden. Wanneer je er voor staat, zie je niet de overkant en of er een fietser aankomt. Wanneer je boven staat kun je in principe redelijk ver om je heen kijken.

Aan de overkant begint het 100 jarige "Kerkpad"naar het dorp, zoals wij dat in De Heurne noemden. 


Hieronder nog een foto van het 1ste deel v.d. Welskerbos. Vanaf de Spekkendijk tot  huis nr. 5 staan Lindebomen en vanaf daar tot tot huis nr 1 Eikenbomen.

De fraaie Lindenlaan  (zomer 2010)




Geen opmerkingen:

Een reactie posten